Ontegenzeggelijk wordt er in deze tijd een groot beroep gedaan op onze veerkracht. Dat ondervinden we aan de lijve. “De rek is er uit”, zeggen we. Waarom lijkt de een veerkrachtiger dan de ander? Is veerkracht een rekbaar begrip? In dit artikel leg ik uit wat veerkracht is. In de download geef ik zes praktische adviezen om jezelf veerkrachtig te houden.
Ieder mens heeft in zijn leven te maken met tegenslagen en teleurstellingen. Die beïnvloeden ons welbevinden. We zijn niet alleen op de wereld; de balans tussen geven en ontvangen slaat wel eens de verkeerde kant uit. Het leven zélf is lang niet altijd eerlijk. Dan ervaren we onrecht. Steeds weer moeten we aanpassen. En dat lukt de een beter dan de ander. Het vermogen om je succesvol aan te passen aan (chronische) stress, trauma en tegenslag, mislukking en frustratie, conflict en ongeluk noemen we veerkracht.[1, 2, 3, 4] Dat vermogen stelt een persoon, een groep of zelfs een gemeenschap in staat om de schadelijke gevolgen van tegenspoed te voorkomen, te minimaliseren of te overwinnen.[5]
We onderscheiden drie soorten van veerkracht [6].
Natuurlijke veerkracht. Dat is de veerkracht waarmee we worden geboren. Het beschermt ons en zorgt ervoor dat we kunnen spelen, leren, en de wereld ontdekken.
Adaptieve veerkracht ontwikkelen we als we worden geconfronteerd met uitdagende omstandigheden in ons leven. Door schade en schande worden we wijs.
Herstelde veerkracht is aangeleerde veerkracht. Dat is weten hoe je in moeilijke omstandigheden veerkrachtig blijft. Als we ons brein leren weer gezond om te gaan met emoties, dan herstelt onze veerkracht.
Veerkracht blijkt samen te hangen met de werking van onze hersenen op het gebied van angstresponsiviteit, beloning en motivatie en adaptief sociaal gedrag.[7, 8, 9, 10, 11] Eenvoudiger gezegd, ontlenen we veerkracht aan: de mate waarin we om kunnen gaan met angst; de mate waarin we een zinvol leven kunnen leiden; de mate waarin we ons sociaal kunnen gedragen;
Deze drie factoren bepalen samen hoe veerkrachtig we zijn. Angst heeft vooral te maken met onze plek. Is er voor mij voldoende ruimte om te leven? Dat gaat over onze behoefte aan autonomie. Een zinvol leven heeft betrekking op de waarde van onze verdienste voor de wereld. Dat is wat onze behoefte aan competentie vraagt. En sociaal gedrag beantwoordt aan onze behoefte aan relatie. Deze drie beïnvloeden dus direct ons welbevinden. Welbevinden is het gevoel van geluk, gezondheid en voorspoed dat we ervaren. Wanneer ervaren we dat het beste? Als we een eigen plek hebben, als we in ons eigen levensonderhoud kunnen voorzien, en als we deel uitmaken van een liefdevolle gemeenschap. Welbevinden is het gevolg van de ruimte die we hebben om te leven. Hoe optimaler onze leefruimte, hoe meer we ons wel-bevinden. Ik geef dat weer in nevenstaande driehoek.
Veerkracht heb je nodig om de schokken uit de omgeving op te vangen. Die schokken zijn een aanslag op je behoefte aan autonomie, relatie en competentie, zoals weergegeven in de figuur hieronder. Je benutbare leefruimte neemt daardoor af.
Wat kun je doen om je veerkracht intact te houden of te verbeteren? Download hieronder zes adviezen. Je kunt ze eenvoudig en elke dag kunt toepassen om je eigen veerkracht te onderhouden of te verbeteren. Veerkrachtig worden is niet alleen een kwestie van terugveren. Het is ook sterker en beter toegerust worden voor de volgende uitdaging..
Veerkracht in zes stappen
Literatuur
[1] | K. M. Conner and J. R. Davidson, “Development of a new resilience scale: the Conner-Davidson Scale (CD-RISC),” Depress Anxiety, vol. 18, no. 2, pp. 76-82, 2003. |
[2] | H. Liu, C. Zhang, Y. Ji and L. Yang, “Biological and Psychological Perspectives of Resilience: Is It Possible to Improve Stress Resistance?,” Frontiers in human neuroscience, vol. 12, p. art. 326, 2018. |
[3] | S. M. Southwick, G. A. Bonanno, A. S. Masten, C. Panter-Brick and R. Yehuda, “Resilience definitions, theory, and challenges: interdisciplinary perspectives,” European Journal of Psychotraumotology, vol. 5, no. 1, p. 25338, 2014. |
[4] | A. S. Masten, “Resilience in children threatened by extreme adversity: Frameworks for research, practice, and translational synergy,” Dev. Psychopathology, vol. 23, pp. 493-506, 2011. |
[5] | E. H. Grotberg, A Guide to Promoting Resilience in Children: Strengthening the Human Spirit., Den Haag: Bernard van Leer Foundation, 1995. |
[6] | G. Joseph, “The Three Types of Resilience,” Act Resilient Blog, 28 augustus 2012. [Online]. Available: http://act-resilient.org/Site/Blog/Entries/2012/8/28_The_Three_Types_of_Resilience.html. [Accessed 29 april 2021]. |
[7] | D. Charney, “Psychobiological mechanisms of resilience and vulnerability: implications for successful adaptation to extreme stress.,” American Journal of Psychiatry, no. 161 (2), pp. 195-216, 2004. |
[8] | S. v. d. Werff, The stressed brain – discovering the neural pathways to risk and resilience, Leiden: Leiden University Medical Center, 2017. |
[9] | M. Haglund, P. Nestadt, N. Cooper, S. M. Southwick and D. S. Charney, “Psychobiological mechanisms of resilience: Relevance to prevention and treatment of stress-related psychopathology,” Development and Psychopathology, vol. 19, pp. 889-920, 2007. |
[10] | S. M. M. B. J. Schaefer, C. M. van Reekum, R. C. Lapate, C. J. Norris, R. C. D. and R. J. Davidson, “Purpose in life predicts better emotional recovery from negative stimuli.,” PloS one, vol. 8, no. 11, 2013. |
[11] | E. E. Smith, De kracht van betekenis, 6 ed., Utrecht: Ten Have, 2019. |
[12] | A. S. Masten, “Ordinary magic. Resilience processes in development,” American Psychologist, vol. 56, no. 3, pp. 227-238, 2001. |